jan van munster
Energie is een fenomeen dat Jan van Munster (Gorinchem, 1939) onderzoekt. Temperatuur, magnetisme, radio-activiteit en elektriciteit vormen het vertrekpunt voor vele werken waarmee hij het onzichtbare zichtbaar maakt. Niet alleen de natuurkundige processen interesseren hem, ook de minder grijpbare kant van energie is belangrijk, zoals vitaliteit en creativiteit.
Zijn werk is altijd herkenbaar, al gebruikt hij heel verschillende materialen: gloeidraden in een strenge opstelling, neonbuizen op gebouwen, een bol van ijs op een tafel. Alles perfect gemaakt en tot de essentie teruggebracht.
Jan van Munster studeerde aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam en het Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs in Amsterdam. Zijn werk is te zien op veel locaties in binnen- en buitenland en is opgenomen in internationale collecties. Hij is oprichter en bedenker van het concept van Stichting IK.
Uit de Wandelgids:
Wie is er bang voor blauw en groen?
Hij is zo’n zeldzame kunstenaar die oprecht genereus is voor andere kunstenaars. Een gesprek met minimalist Jan van Munster (1939) gaat daarom altijd ook over het werk van collega’s. Leeftijd maakt hem geen moer uit. Het visuele jargon evenmin. De als een dolle om zich heen beeldhouwende en schilderende, nog redelijk jonge David Bade bijvoorbeeld, vindt Van Munster geweldig. Maar even hartstochtelijk kan hij houden van de ijle, abstracte werken, die de in 2003 overleden Amerikaanse minimalist Fred Sandback met katoenen draden in de ruimte weefde.
Wat zijn eigen werk betreft heeft Van Munster meer gemeen met Sandback dan met Bade. Maar de kwaliteit die de twee nastreven is dezelfde. Want kijk naar een individueel werk van Bade: dat kan eruit zien als stamppot, wild bij elkaar gezocht. En toch ziet Van Munster er de eenheid in, een uitgekiende esthetiek en een vitaliteit die hem aantrekken. Die tegenstellingen, die dwarsheid waardeert hij en probeert hij ook altijd in zijn eigen werk terug te brengen. ‘Ik ben op zoek naar kortsluiting,’ zegt hij.
Kortsluiting leidt bij hem nooit tot figuratie. Als Hollander houdt hij van plat en recht. Mondriaan zit hem in het bloed. Bergen vindt hij ‘kitsch’. ‘Ik ben altijd blij als ik de Alpen over ben en de Po-vlakte inrijd.’ Energie is de basis waar alles om draait, alles op terug valt te voeren. Magnetische krachten, kiemkracht, licht, de energie van warmte en kou, de krachtvelden tussen jou en mij. Dat klinkt zweverig maar Van Munsters werk is dat helemaal niet. De afgelopen decennia verrezen in heel Nederland en daarbuiten abstracte, minimalistische werken in de openbare ruimte, in musea, langs snelwegen en gebouwen. U heeft er vast weleens één gezien. De werken staan als een huis maar lijken vreemd genoeg met een ademtocht weg te blazen, zo fragiel ogen ze. Dat komt omdat Van Munsters werk vaak maar uit één enkele lijn bestaat. Soms kronkelt die lijn, soms ook schiet ze als een pijl schuin omhoog, soms vormt ze een cirkel. De lijnen zijn verlicht en hebben kleuren: ze zijn – net als het werk hier in de Noletloodsen – opgebouwd uit neonbuizen. De kleuren, de duidelijke lijnvoering geven het werk zijn opvallend tekenachtige en esthetische kwaliteit.
BRAINWAVE (Ratio) (2016) is opnieuw zo’n reusachtig maar toch ijl lichtkunstwerk, dat bestaat (heel eenvoudig te zien) uit drie onderdelen: een ogenschijnlijk kneedbare, blauwe kronkellijn van neonlicht, een kaarsrechte lijn in groen en een verticale groenblauwe lijn. In totaal is het werk veertig meter lang en zeven meter hoog. Ik kijk van links naar rechts en zie een siddering die afbreekt, maar ondertussen al is voortgezet – iets lager – door een strakke groene lijn. Rechts, schuin voor de groene lijn staat een lijn die naar de hemel reikt maar tegelijkertijd de voeten stevig in de aarde heeft. BRAINWAVE (Ratio) is dus niet alleen een wandsculptuur, het werk neemt een plaats in binnen de ruimte.
De sidderende lijn komt vaker terug in Van Munsters werk. In 1995 liet de kunstenaar een EEG maken, niet omdat hij ziek was maar uit nieuwsgierigheid, uit behoefte om te zien wat zo’n EEG kan opleveren voor zijn kunst. Vierentwintig elektroden worden op zijn hoofd bevestigd. Het programma van eisen waarmee hij zelf naar de arts stapt (maak me kwaad, sla me, geil me op, wees lief) wordt rigoureus naar de prullenmand verwezen. Van Munster moet andere testen ondergaan. Hij wordt kunstmatig tot hyperventileren gebracht, in slaap gesust en nog veel meer. Een dik boek met honderden bladzijden kronkellijnen is het resultaat: een goudmijn voor de kunstenaar. Nog steeds put hij uit de elektrische stroompjes die zijn hersenen meer dan twintig jaar geleden uitzonden.
De drukte van de ‘brainwave’ vindt in BRAINWAVE (Ratio) formeel gezien zijn tegenpool in de rust van de rechte lijn, en in dat oersymbool van de westerse wereld: het kruis. Natuurlijk krijgt het werk daardoor een extra dimensie. Van Munster verbeeldt niet alleen de strijd tussen emotie en verstand, maar ook die tussen het metafysische licht en donker, tussen leven en dood, hemel en aarde. De taal waarin hij deze dimensie verbeeldt, is abstract. Maar dat wil niet zeggen dat Van Munster een abstracte kunstenaar is. Van Munster roept met schijnbaar minimale middelen grote emoties op. En dat op zo’n manier dat je je afvraagt: ben ik nu bang voor dit blauw en groen of kan ik er juist van houden?