birthe leemeijer

Birthe Leemeijer (Amsterdam, 1972) dringt graag door tot de essentie van dingen, zoals een reis, een polder, een bos en verzamelen. Eerst vangt ze onooglijke, maar cruciale signalen op van een plek of situatie en bevraagt deze nauwgezet. Daaruit ontstaat een tastbaar beeld, object of verhaal. Kijken, luisteren en laten gebeuren zijn misschien wel haar belangrijkste gereedschappen om tot een concept te komen.

Haar werk wordt vaak op een speciaal daarvoor geschikte locatie gerealiseerd. De verwachtingen, clichés en mechanismen die aan de omgeving verbonden zijn, worden ingezet als instrument voor het be•ïnvloeden van de waarneming.

Birthe Leemeijer studeerde af aan de Rietveld Academie en het Sandberg Instituut in Amsterdam. In 1997 won zij de Prix de Rome Basisprijs Kunst en Publieke Ruimte.

 

Uit de Wandelgids:

Ragfijne wildernis

Tienduizend en meer hectaren akker kleuren in de lente roze, rood, oranje en geel. Het spektakel van de bloeiende tulpen in de Bollenstreek trekt ieder jaar honderdduizenden toeristen, die de ‘Tulipa’, zoals de eenzaadlobbige plant uit de leliefamilie officieel heet, als oer-Hollands symbool zien. Toch heeft dit symbool een exotische afkomst. Oorspronkelijk groeide de bloem in het verre Oosten, in de bergen van Kazachstan. Maar als gevolg van de veroveringsoorlogen van de Turkse sultan Süleyman I kwam de tulp in de zestiende eeuw naar Turkije, toen naar Antwerpen en ten slotte kwam ze in Nederland aan.

Aan de vroegbloeiende tulp is door de eeuwen heen aan alle kanten gedokterd. Ze werd veredeld, gekruist, ziektes werden uitgebannen: opdat de bloem maar groot en vol zou zijn, haar stengel zo sterk dat ze de hardste Hollandse Zuidwester zou kunnen weerstaan, en haar kleuren de Hollandse somberheid zouden verjagen. Van het zoetste wit tot bijna zwartpaars, van heiïg roze tot bijna obsceen wild gevlamde gevaartes: tulpen ontstonden er in alle soorten en maten, voor alle smaken en vazen. Ze evolueerde van statussymbool en beleggingsobject in de zestiende eeuw tot kiloknaller onder de bloemen nu: voor een tientje kun je op de markt in het seizoen wel tien bossen krijgen.

Dat de tulp zoals wij die nu kennen, heel anders is dan de oorspronkelijke tulp die wild uitstoelde in Kazachstan, laat de Nederlandse kunstenaar Birthe Leemeijer (1972) op fijnzinnige manier zien. Haar project De Onbegrensde Tuinen, dat in de winter van 2013 in Diepenheim begon, van Utrecht naar Delft trok en nu in en om de Noletloodsen in Schiedam weer vervolgd wordt, draait om de wilde tulp. Vijf soorten laat Leemeijer schitteren in kwetsbare schoonheid, want wilde tulpen zijn veel fijner en fragieler dan de doorgekweekte bollen. Stonden in De Onbegrensde Tuinen in Diepenheim de tulpen – zeventigduizend in totaal – idyllisch tussen het groen van akker, weide en bos; hier in Schiedam moeten de bloemen opboksen tegen het industriële en soms zwaar vervuilde landschap.

Met hulp van zo’n honderd vrijwilligers en een groep schoolkinderen heeft Leemeijer in november 2015 in negen plantsessies tienduizenden tulpenbollen in de rafelranden van het industriegebied ingegraven. Sommige delen grond waren letterlijk vuilnis.

Het project De Onbegrensde Tuinen verandert niet slechts de rafelranden van de stad in een bloemenweelde; het richt de aandacht ook op maatschappelijke kwesties, zoals die van milieuvervuiling en gemeenschapszin. Vrijwilligers uit alle sociale klassen en met tal van achtergronden werkten mee – aanvankelijk soms met scepsis. ‘Mijn hond graaft die bollen zo weer op.’

In april en mei van dit jaar zullen we zien hoeveel bollen er opkomen. Of de velden rondom de grauwe loodsen, de grasperken in de Plantage, de randjes aarde langs de Nieuwe Haven zijn veranderd in een bewegend palet van kleurtoefjes. Binnen in de Noletloodsen projecteert Leemeijer daarnaast ruim tienduizend dia’s uit de nalatenschap van Wim Lemmers. Lemmers is de grote ‘tulpenjager’ van onze tijd. De bollenexpert stroopte twintig jaar lang moeilijk begaanbare oergebieden af, waar de wilde tulp oorspronkelijk vandaan komt en waar de bol onder vaak nog slechtere omstandigheden dan in Schiedam bloeit. Lemmers’ reizen voerden hem naar Kazachstan, Uzbekistan, Turkmenistan en Iran. Tijdens een van die reizen ontdekte hij een onbekende tulpensoort die zijn naam kreeg: de Tulipa lemmersii.

De tienduizenden dia’s die Lemmers onderweg maakte, heeft Leemeijer gedigitaliseerd. De kennis van Lemmers blijft zodoende bewaard voor toekomstige generaties en wordt verspreid onder een groter publiek dan tulpenexperts alleen. Ook niet-tulpenkenners zien nu hoe mooi de opnames zijn, hoe adembenemend de bergachtige landschappen waar Lemmers doorheen trok, hoe teer een bloempje tussen de rotsen bloeit en hoe ontroerend het kan zijn dat een mens zoveel duizenden kilometers aflegt om juist dat beeld vast te leggen.

Schiedam Snapshot of a larger order birthe leemeijer